VOLGA H1 – Voorwaarts 1-3 (22-25, 25-18, 21-25, 19-25)

4 februari 2020

Om maar direct met de bekende deur in huis te vallen: Bertus zag het al aankomen. Er waren bij voorbaat al vele excuses aan te voeren. Veel voetbaltrainers, zo lezen en horen we elke week, willen de afwezigheid of de blessure bank niet aanvoeren, maar doen het toch.

De heren van VOLleGlAzen hadden echter wél een hele waslijst van voorbeelden om de nederlaag te verklaren tegen de mannen van Voorwaarts Twello.

Voorwaarts speelde verrassend goed in sporthal De Pol. Stephano Etna (geen Italiaan) werd erg gemist. Rutger Slootenmaker was fysiek dit keer niet in staat om Stephano te doen vergeten. Leonardus Reinwater had last van knikkende knietjes, weke schouders en was dus niet TOP. Björn SchoppenAas kreeg last van zijn richtingsgevoel. Paul Krullebol en Mitchel VerSteggelen wilden wel, maar konden niet. Robert Kwinkslag was er niet en verscheen pas de derde helft. Dennis Loon-naar–werken was een positief lichtpuntje. Sjakie jr. en Kes mochten ook nog even meedoen. Bart wasn’t The King en met Dennis deze afsluyter. Al deze enthousiaste mannen waren echter niet in staat het VOLGlAs team op te krikken naar een hoger niveau, voor zover dat het er al was. Set 2 zag jullie deskundoloog even iets oplichten. Het bleek slechts een strovuurtje. De terechte nederlaag werd na de wedstrijd in stijl afgeblust met enkele vaten bier en dan is zo’n nederlaag snel weggespoeld.  Ik heb de pijnlijk gemiste Stephan om een anaalyse gevraagd en zie hieronder een samenvatting wat hij en ik in mindere mate hebben gezien

De jongeman Stephano Stromboli (heet ie echt zo?) heeft verstand van het spelletje en vond, heel eufemistisch, dat het verlies van de eerste, derde en vierde set te wijten was aan te veel persoonlijke fouten. Jullie Bertus wil die PF’s voor de schaarse lezer wel even verduidelijken.

Een opsomming: Knullig in het net serveren, uit meppen richting velden 2 en 3, wanhopig door tegenstander uit geslagen ballen toch aan proberen te raken, duiken naar de bal als hij door inschattingsfoutje al drie keer gestuiterd heeft,  het net of netband opzichtig toucheren, antennes met bal beroeren,  met glibberende vingers de bal 3x tegelijk opzetten, snoeihard ballen uitlellen (enkele ballen worden nog gezocht) en zo zou jullie Bertus nog wel één A-viertje kunnen doorschrijven. Gauw vergeten zou ik willen schrijven. Er zitten wel eens van die bout wedstrijden tussen.


Prof.Dr. Bertus Bovenhands
Deskundoloog

En dan nog even heeeeel wat anders…

 

Ik mocht haar in mijn vorige schrijfsel al aankondigen: Tante Truus. Enfin lees maar. Het leest voor zichzelf.

Tegenstanders, scheidsrechters en andere ..sters worden vaak uitgemaakt voor alles wat mooi is, maar vooral wat lelijk is, lieve kinderen.

Aangenaam mijn naam is Truus.

Er schijnt erg veel stront aan jullie soft touch (soft tutsj) volleybalknikkers te zitten, getuige het veel gehoorde woord Shit. Tante Truus (en velen met mij) hoorde laatst ene Anne Oerbos dit ‘uitwerpsel’ vele malen uitroepen, nadat weer de bal via haar armen richting tribune was geketst of naar de scheidsrechtersstoel was gezeild. De katten van Dennis StankAfSluyter…en zijn charmante vriendinnetje gingen in ieder geval braaf zitten. Dat wel!!

Tante Truus wil gaarne pleiten voor een ietwat beschaafder taalgebruik vóór of achter het netje. Zij wil zelfs verder gaan, want zij begrijpt als geen ander, dat je  als volleybalfanaat via enig verbaal geweld jezelf wil af reguleren. Mijn neef Bertus noemt dit frustatiekreten en het binnen de perken houden : frustratiebeheersing.

Tante Truus zou graag wat alternnégatieven willen aandragen om jullie opgekropte woede-erupties of eventuele privé frustraties ietsjes beschaafder te laten klinken en op een wat hoger, veel beter te pruimen, niveau te brengen. I.p.v. het vaak gehoorde, eigenlijk krachteloze, steriele woord: “Kloten” zou men kunnen bulken: Testikels!  Men zou wellicht ` Vliegveld van  Zürich` (Dat heet namelijk zo) kunnen roepen. Dat is dan tevens een leuke test om de aardrijkskundige kennis van je medespelers op te frissen.

Ook de m.i. naar zelfverheerlijking neigende  3-letter-woorden “leul” en ”zeuk” (wat een bekakte uitspraak) kunnen beter vervangen worden door bijv. : “wormvormig aanhangsel” en “testikelbuiltje”. Klinkt direct veel beschaafder.

Het door velen staccato uitgeroepen  3-letterwoord Kaa UUU Tee zou bijv. met DT kunnen worden uitgeschreeuwd. De Vlamingen hebben met het woord Flamoes een leuk alternatief. Klinkt erg lief en geeft een prima beschrijving van de daarvóór mislukte  volleyactie. Tot slot zouden we het veel geblate woord SHIT moeten vervangen door Fecaliën. (Zoek dat maar eens op in je woordenboek)

We moeten af, lieve kinderen, van dat slappe penisale gezwets (gelul) en ’t vaginale ge ouwe prostitué (geouwehoer)

Onze (vooral jouw) innerlijke beschaving behoort op de sportvloer gestalte te krijgen in meer positieve opmerkingen.

Tante Truus hoorde laatst ene Stephano Italiaander (heet ie echt zo?) de scheids heel vriendelijk aanbieden om zijn bril schoon te maken, omdat zijn jampot dikke glazen hem wat beslagen leken. Of zoals ene Abdoel Befkers  bij de bok van de leidsman eens deed. Hij schudde, de bijzonder bruin bakkende fluitist  de voeten, omdat hij net niet bij de hem met rode en gele wenskaarten toegestoken hand kon komen en informeerde heel belangstellend naar de toestand van zijn ogen en blinde geleidehond.. Natuurlijk deed Edootje dat in het sappige Azewijnse (Aosems) dialect, zoals we dat van hem kennen.

Kijk, kinderen, dát werkt vertederend én op de lachspieren. Ja dan is volleybal mooi en leuk. Vooral als je er over schrijft.

Als je er naar luistert wordt het alras veel minder. Naast het monotone 1…2… doffe dreun hoor je verbaal hele schuttingen volschrijven en vele moeizaam opgebouwde beschavingen verdoemen.  Ik hoorde laatst Sanne Schunnigk (van dames 5) FOCK joe roepen. De scheids loste dit gelukkig goed op door vriendelijk, hijgend, met rollende ogen, schor en kuchend te antwoorden: ”Ja, daar heb ik wel even zin inroggel, uche uche…Waar en wanneer?”

Tante Truus ziet het, hoort het en signaleert. Ik wil in dit verband een ieder wijzen op het onthullende boekje “Sexsymboliek in de Volleybalsport” en het ook aan  bevelen. Het is ( geïll., ingenaaid €12,50) geschreven door Tam.P.Loeris.

Het is misschien een goed idee om een volgende keer wat diepgaander op deze zaak in te gaan (wat een woordspeling) Of nog beter, zoals volleyballers het zo briljant verwoorden: “We penetreren wat dieper in de materie”. Tot schrijfs en een stevige pakkerd van jullie Tante Truus

Terug naar Actueel